Uit eten … genieten, toch? - juli 2021

We hebben een tafel geboekt bij een gezellig, niet te groot restaurantje in de buurt. Het is lang geleden en ik heb er zin in. Gezellig met ons eigen gezin even een hapje eten, oma is ook mee en geniet. Ik had nog speciaal gevraagd om een rustig plekje; een plekje waar ik niet zo in de loop zit en de muziek niet duidelijk aanwezig is. Geen probleem volgens de altijd vriendelijke medewerkers, de muziek kon zacht en eventueel ook nog wel uit. Zo fijn! 

Het is die zaterdag prachtig weer en we zijn mooi op tijd. Heel bewust, want dan is het nog lekker rustig. Als we op de afgesproken tijd arriveren blijkt de 

binnen-buitentuin ook open te zijn, daar mogen we ook een plekje kiezen. Het is een kleine, sfeervolle ruimte met een vette bonus; heerlijk rustig en ook geen muziek. Onze avond kan niet meer stuk. Dit heb ik zó gemist: Uit eten, gezelligheid, sociale contacten. Terrasjes, levendigheid, sfeer en mensen om me heen; het was een deel van mijn leven. 


Ons plekje voor vanavond is plekje bijna helemaal achterin. Achter ons staat alleen nog een statafel in de hoek, met daarbij een paar krukken dus zo druk zal het daar vast niet worden. Als de drankjes geserveerd zijn, we een keuze gemaakt hebben en rustig zitten voel ik dat ik moe ben. De anderen kletsen gezellig een eind weg maar ik merk dat ik stiller word en pak even een momentje rust. Waar mindfullness al niet goed voor is. Ik deed dat regelmatig ook met mijn leerlingen, helemaal zen werden ze ervan. 


Het eten is heerlijk en de sfeer is goed totdat de statafel achter ons in beslag wordt genomen door een gezin met kinderen, drie stuks en ze eisen alle aandacht op. Ze kletsen en lachen en hebben het duidelijk gezellig … iets minder mag ook. Niet minder gezellig, maar minder lawaaierig. Voor mij voelt het gek want ik realiseer me dat wat ik eerder zo vanzelfsprekend vond, dat nu niet meer zo is. 


Ik merk dat het een beetje mistig begint te worden, mistig in mijn hoofd dan want de zomeravond is mooi, geen wolkje aan de lucht. Als de kinderen vervolgens beginnen te rennen, te gillen en de dingen doen die kinderen gewoon doen ga ik steeds meer een beetje uit. De piep is er weer, ik word misselijk -  mijn eten is inmiddels op en ik hoop maar dat het er niet uit komt - en ik kan mijn tranen met moeite bedwingen. Ik was al moe maar nu zijn zelfs mijn kleine teentjes nog moe. 


Ik zoek en vind mijn rust op het toilet, de tegels aan de muur zijn heerlijk koel. Na een korte pauze raap ik mezelf bij elkaar en ga terug, terug naar de toetjes die inmiddels op tafel staan. Inmiddels ben ik er klaar mee en barst nog net niet in gejuich uit als de rekening komt. Op de terugweg - ik zit lekker achterin - dommel ik lekker weg en ik verheug me op mijn eigen nestje. 


En als ik dan uiteindelijk in bed lig komen ze toch, de tranen. Tranen van een gebrek aan energie, tranen van vermoeidheid, tranen om alle prikkels, maar ook een beetje tranen van geluk; als ik alle energievreters weg denk blijft er nog best een beetje fijns over. 


Reacties

Populaire posts