Thumb(s) up!

Sinds een behoorlijk aantal maanden - zeg vorig jaar mei - had ik bij vlagen pijn in mijn hand. Het viel me opeens op toen ik mijn stiften in een nieuw etui drukte. Het elastiek stond nog wat strak en op het moment dat ik de zoveelste stift een zetje gaf gebeurde het … een flinke pijnscheut, dwars door mijn duim, zo mijn pols in. 

Het werd me heel even groen en geel voor de ogen maar het zakte af en dus sloeg ik er geen acht meer op. Een pieper was ik niet en ach, iedereen voelde wel eens wat. Bovendien gingen we op vakantie en daar had ik mijn focus hard bij nodig. 


Helaas was het na onze vakantie niet echt minder geworden, integendeel. Ook tijdens die weken golfde de pijn door mijn duim en door mijn pols. Soms heftig en soms weer even niet. Nu was het niet mijn voorkeurshand en dat zou dan moeten schelen, maar dat deed het dus niet. Feit was nou eenmaal dat je beide handen gewoon zo nodig had. 


Overigens wordt vaak gezegd dat de voorkeurshand je schrijfhand is. Het  was eigenlijk de hand waarmee de fijne motorische bezigheden uitgevoerd werden, en waarbij de andere assisteerde. Maar was dat wel zo? Hoe zat het dan bij mij? 


Wat bleek, toen ik een lijstje maakte met welke bezigheden ik nou eigenlijk met welke hand uitvoerde, ontdekte ik dat ik dus eigenlijk geen voorkeurshand had, ten minste … niet echt. 


Schrijven? Links …

Knippen? Rechts …

Tanden poetsen? Links … 

Potje open draaien? Rechts … 

Iets pakken? Links …

Sleutel omdraaien? Rechts … 


Uiteindelijk kwam ik - een maandje of twee verder - via mijn vaste fysiotherapeut, rust en op advies en dus zelf aangeschafte duimbrace bij de handtherapie terecht. Wat volgde was in eerste instantie een onderzoek met als conclusie ‘een vermoeden van artrose’. Een aangemeten brace, zes weken relatieve rust en oefenen dus, veel en vaak. Nu was dat best een lastige, want voor ik zover was dat dat ook in mijn systeem zat, was ik even verder. Overigens zat het dan ook nog niet eens echt in mijn systeem maar in mijn timer, en dat dus meerdere keren per dag. 


Via de mail ontving ik filmpjes met de uitleg ervan. Mijn therapeut had daarin goed meegedacht, want vertellen had bij mij geen zin, dan was ik de oefeningen alweer vergeten voor ik de deur uit was. Filmpjes dus, een geweldig voorbeeld van samen-staan-we-sterk. Ik maakte screenshots van de oefeningen zodat ik ze terug kon kijken en ging aan de slag. 

 

Ik kreeg de oefeningen onder de knie .. in mijn geval duim, en zette een paar mooie stapjes. De pijn nam af en ik leerde hoe ik mijn hand het beste in kon zetten. Een nadeel was dat het niet in mijn systeem bleef hangen en dus ging ik even zo vaak de mist weer in. Toch waren we niet ontevreden, mijn therapeut en ik. 


Na een maand of vijf was daar dan de laatste afspraak en kon ik het verder zelf. Het ging best goed en dus bleef de brace steeds vaker af en werd het oefenen vanzelf ook minder. Dit was overigens een goede ontwikkeling want ik zette stappen en mijn duim kon het straks mooi weer zelf. 


En toen … na weer een week of wat ging het mis, he-le-maal mis en was ik weer terug bij af, of eigenlijk nog verder terug. Elke beweging deed pijn, mijn vingers werden stijf, bewegen ging moeizaam en onderaan mijn duim verscheen telkens weer een zwelling. Ik wist dat ik terug moest, maar na de drukke decembermaand had ik even tijd nodig om op adem te komen. Mijn hand misschien ook, hoopte ik tegen beter weten in. 


En dus belandde ik via de therapeut en huisarts uiteindelijk bij de plastisch chirurg. Tijdens mijn afspraak daar was hij kort en duidelijk: CMC-1 artrose, onomkeerbaar en pijnverlichting was de inzet. 


De oorzaak? Geloof het of niet, het ongeval … zeer waarschijnlijk, want in mijn familie kwam het - voor zover ik wist - niet voor. De knal op mijn polsen waarmee ik het stuur natuurlijk vast had gehad, had geen positief effect gehad, zoveel was wel duidelijk. 

De beste optie? Voor nu een echo en een injectie, ín het gewricht. Het klonk zo simpel en dat was het dus niet. 


Op het moment dat hij mijn hand pakte, de naald - onder echo begeleiding - op de juiste plek bracht en wilde injecteren brak het systeem af. De naald bleef waar hij zat, de vloeistof echter spoot alle kanten op; in zijn gezicht én in mijn gezicht. Een goed begin was nou eenmaal het halve werk … 


Na het aansluiten van een nieuw systeem was het waarschijnlijk zo gepiept, al dat bleek opnieuw niet zo te zijn. De gewrichten van mijn duim werden uit elkaar getrokken om de druk van de vloeistof te verlichten maar de injectie deed zo ongelooflijk veel pijn dat ik spontaan van mijn pinnetje ging en ik kon toch best wat hebben … 


Ik hoorde hem nog zeggen ‘mevrouw is behoorlijk wit in haar gezicht’ en daarna werd voor mij alles behoorlijk zwart. 


Bijgekomen zat ik nog steeds in mijn stoel, al wist ik niet waar ik was en duurde het even voor ik alles weer wist. Hondsberoerd dreigde ik een tweede keer weg te vallen en dus moest ik plat, en wel meteen. 


Natuurlijk hield ik een kamer bezet - een belangrijke want echo apparaat - maar lopen naar een ander vertrek zat er voor mij niet in dus daar lag ik, achter het echo apparaat, op de grond, mijn sjaal onder mijn hoofd en mijn voeten op de prullenbak. Toen de opmerking  ‘Dit is niet zo arbo-technisch verantwoord’ kwam flapte ik eruit ‘Zie je een arbeidsdeskundige dan?’ en schoten we samen in de lach. Soms ging snel handelen gewoon even voor. 


Nog steeds spierwit en zichtbaar niet lekker werd ik uiteindelijk op de stoel van de arts naar een andere kamer gereden en op een bed gelegd. Na een bekertje ranja, nog een natte doek en met iets meer kleur op mijn snuit mocht ik uiteindelijk gaan. In een rolstoel, dat dan weer wel. 


Dat bezoekje van een kwartier werden  er uiteindelijk acht … de injectie was gezet, de toon overigens ook… 


‘Ie hebt ok altied wat …’ 

Reacties

  1. Zo zie je maar: een ongeluk komt niet alleen!
    En ondanks alles blijf jij toch ook altijd positief.
    Je bent een sterke vrouw met een goede achterban.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts